Noorwegen, 12 t/m 16 maart 2009 – Na enkele jaren op rij te zijn weggeblazen uit de Schotse Cairngorms werd het tijd voor een nieuwe uitdagende bestemming. De mariniers gaan er al jaren heen, dus moesten wij het ook kunnen: in de voetsporen van de ‘Real heroes of Telemark’ die in 1942 de voorraden zwaar water bij de Vemork centrale in Centraal Noorwegen opbliezen. Op 12 maart vlogen we naar een dichtbewolkt Sandefjord en kwamen van een vroege lente in een heftige winter terecht. Gelukkig werd het een prachtig lang winterweekend langs de rand van de Hardangervidda. Kijk snel!
We vertrekken vroeg in de ochtend vanaf vliegveld Weeze en zijn nog voor de middag in Sandefjord. We moeten heel veel bijbetalen voor onze overbagage, maar dat mag de pret niet drukken.
We huren in Sandefjord een paar auto’s en rijden (glibberen) in een uurtje of 3 naar Rjukan. We parkeren bij de Møsvassdammen (919m).
We vertrekken rond een uur of vier vanaf de parkeerplaats en lopen een uur later in de schemering over het Grosettjørni meer (939m).
We kamperen aan de (vermoedelijke) oever van het meer. De volgende ochtend is het stralend mooi weer en vriest het een graad of vijf. Perfect winterkampeerweer!
Alle negen deelnemers aan de Noorse Winterhike 2009, vlnr: Harmjan, Max, Edser, Martijn, Rutger, Freek, Sander, Emile en Remco.
Op deze prachtige dag beklimmen we de Harde Noot (Hortenuten – 1267 meter).
Topfoto op de Hortenuten (1267m), met een prachtig vergezicht op de Hardangervidda in de verte.
Een al net zo prachtige afdaling naar het Bjørndalen aan de andere kant.
We maken kamp bij een grote rots in het Langesjåporten dal (1160m) en vieren daar op gepaste wijze Max’ verjaardag! Jägermeister voor iedereen!
Op de derde dag worden we wakker in een prachtig poollandschap. We staan op ruim 2 meter sneeuw, met skistokken en sneeuwschoenen als tentharingen. Zelfs voor sneeuwharingen is de sneeuw hier veel te diep en een plaats uitgraven heeft in deze diepe sneeuw geen zin. Op de achtergrond de 1229m hoge Sandvasspøyta.
Een prachtig winterkamp in de vlakte van de Hardangervidda, op diepe sneeuw.
We laten het kamp staan en beklimmen de Austre Langesjåhovda (1385 meter). Het is een schitterende Arctische beklimming, onder een zonnetje bij zo’n zes graden onder nul.
We dalen aan de andere kant van de berg af en lopen via een lange boog om de berg heen weer terug naar ons kamp. Op de achtergrond de top van de Vestre Langesjåhovda (1389 meter).
We breken het kamp op en zetten het zo’n 10 kilometer verder in het Kyraugdalen weer neer. Als afsluitingsactiviteit graven we een sneeuwbar uit voor negen man. Ook hier ligt zeker drie meter sneeuw.
Eerst maken we een tafel met drie banken, om met z’n negenen aan te eten en een borrel te drinken. De bar serveert vier soorten whisky en cognac.
Daarna gooien we de tafel er uit en maken we een vuur in het midden van onze comfortabele ‘Snowlounge’. Als het donker wordt begint het zachtjes te sneeuwen.
De volgende morgen zijn de tenten bedekt met een dun laagje verse sneeuw. De dag begint bewolkt en het is niet erg koud, net beneden het vriespunt.
Vandaag lopen we via het Hjerdalen een kilometer of 12 terug naar de auto. Er staan hier wat huisjes langs een keurig aangegeven sneeuwscooter/skipad. We zijn rond half twee weer bij onze auto’s. In de middag rijden we via Rjukan en Kongsberg naar Oslo, waar we in een hotel onze spullen laten drogen en in een walvisvaardersbar aan de haven wat eten en de nodige (dure!) biertjes drinken.
We hebben in Oslo nog een ochtend voor sightseeing, voordat we naar huis vliegen. Na het ontbijt gaan we eerst naar het Vigeland Park, waar Gustaf Vigeland in de jaren ’30 een groot aantal prachtige beelden heeft neergezet.
Daarna bezoeken we het schip van de ‘godfather of winterhiking’ Roald Amundsen. Zijn schip de Fram ligt in een prachtig museum, waarbij de temperatuur is aangepast aan het thema (geen verwarming!)
Tenslotte rijden we langs het Vikingskiphuset, waar drie originele 9e eeuwse vikingschepen prachtig liggen tentoongesteld.
Aan het eind van de middag zijn we weer veilig terug op de luchthaven van Weeze, een half uurtje rijden van huis.