Amsterdam Dakar Challenge blog 2008 – Marokko!

De wekker gaat al om 7:00 uur, na een toch eigenlijk iets te korte nacht. We staan op en nemen een douche. We willen rond 8:00 uur vertrekken om met de boot van 9:00 uur naar Afrika te varen. We zijn te vroeg voor het ontbijt, dat pas vanaf 9:00 uur wordt geserveerd. We pakken de auto weer in en rijden net na achten rustig van het hotel weg. We volgen TomTom naar de haven en komen rond 8:30 in de haven. We moeten nu zelf onze kaartjes regelen, iets dat erg eenvoudig en snel gaat. Voor maar een paar Euro meer dan het Challenge tarief, dus toch nog redelijk goedkoop. We moeten uiteindelijk toch nog opschieten en we rijden als een van de laatsten (van de slechts 20 auto’s die die ochtend meegaan) de grote Catamaran ‘Pacifica’ van Euroferrys op.

AMDAK08_0080AMDAK08_0058
Precies om 9:00 uur gaan de deuren dicht en worden de motoren gestart. Bijna onmerkbaar begint het schip aan de korte oversteek naar Noord Afrika, wat we aan de overkant al zien liggen. We varen langzaam langs de indrukwekkende rots van Gibraltar en gaan dan naar binnen om iets te eten en drinken. Helaas alleen automaatkoffie en broodjes uit plastic. Toch beter dan niets. Al snel zijn we aan de overkant en kunnen we naar de auto om voor het eerst de wielen op Afrikaanse bodem te zetten.

Ceuta is een vreemd stukje Europa in Afrika. Eigenlijk een gewone Spaanse stad, met winkelstraten en veel flatgebouwen. Alles is er tax free, dus ook de diesel is goedkoop (80 cent/liter). We gooien de tank nog maar een keer helemaal vol. Vervolgens rijden we de 3 of 4 kilometer naar de Marokkaanse grens. We worden zonder stoppen de Spaanse grens doorgewoven en worden aan de Marokkaanse kant opgevangen door twee vriendelijke ‘Tourist Assistance’ personen die ons formulieren geven en uitleggen hoe het werkt. We zijn een van de enige auto’s die de grens over willen en men maakt het ons een stuk makkelijker dan Marokkaans uitziende mensen met een Franse of Spaanse auto. Iedereen is hier erg rustig en vriendelijk, al moeten we langs veel loketten. Een voor de paspoorten en twee andere voor de invoer van de auto. Uiteindelijk doen we een kwartiertje over de procedure en geven we Mohammed en Hassan een paar Euro voor hun hulp. In de eerste 200 meter na de douane moeten verschillende mannen in uniform allemaal ons papiertje van de auto zien voor we door kunnen, maar dan zijn we ook echt in Marokko!

De grens is een vreselijk treurig uitziende plek, waar heel veel mensen wachten op mensen die van/of naar Ceuta gaan, maar ook heel veel mensen in de heuvels rondom de grenspost, misschien we wachtend op een mogelijkheid illegaal de grens te passeren. Ook staan er honderden auto’s en taxi’s te wachten. We rijden maar snel door. Het is een rare gewaarwording. Na de grens ben je ook meteen echt midden in Afrika. We volgen de borden naar Tetouan en komen op een gloednieuwe snelweg terecht, zonder andere auto’s. De weg is nog maar net open en blijkt na een kilometer of 10 een peage te zijn, waar we 10 Dirham moeten betalen (ongeveer 1 Euro). We hebben nog geen Marokkaans geld, maar de nieuw uitziende beambte wisselt 5 Euro in 40 Dirham (heel goed voor hem), geeft ons 30 Dirham terug en laat ons doorrijden. Prima geregeld! Hebben we gelijk wat kleingeld voor de volgende betaalpost, maar die komt niet.

Tetouan blijkt een redelijk nette en rijk uitziende plaats, met veel nieuwbouw. We rijden naar de eerste de beste geldautomaat die we zien om eerst maar eens lokaal geld te pinnen. Da’s snel gepiept en we zoeken de volgende weg. Gelukkig is de bewegwijzering in Marokko van goede kwaliteit en we worden keurig dwars door Tetouan richting Chefchaouen (soms moeten we El Hoceima volgen) geleid. Al snel zitten we op de weg naar het Zuiden. Op de radio klinken Marokkaanse hits en we genieten van de nieuwe straatbeelden waar we doorheen rijden. We moeten uitwijken voor voetgangers, ezels, geiten, straathonden en zes meter hoog opgeladen vrachtwagens die 10 km per uur rijden. Langs de weg zijn overal mensen die fruit verkopen, auto’s repareren, een klein winkeltje runnen, eten koken of gewoon ‘staan’. Er is veel te zien.

We besluiten onze eigen route te kiezen en via Chefchaouen, Bab-Taza, Ketama en Taounate naar Fes te rijden, dwars over het Rif gebergte. Deze weg heeft een pas op ruim 1650 meter en loopt grotendeels hoog over de bergen, langs steile afgronden. Al kort na Tetouan worden we tegengehouden door een vriendelijke politieman, omdat de weg voor ons door een modderstroom is geblokkeerd. Een grote bulldozer is het aan het schoonmaken en na 10 minuten kunnen we verder rijden. Hij vertelt ons dat het tot en met vanmorgen 5 dagen onafgebroken heeft geregend. Hebben wij even geluk zeg, we staan in het zonnetje! We komen op onze tocht naar Fes veel wateroverlast tegen, zowel in de bergen als in de dalen.

AMDAK08_0110 AMDAK08_0113

De weg door het Rifgebergte kent geen rechte stukken. Het is een prachtige afwisseling tussen steile haarspelden, prachtige vergezichten en heel mooie, typisch Marokkaanse dorpsgezichten. We rijden langs een ezel/muildier/schapenmarkt, waar locals vanuit nomaden-tenten op een groot veld hun dieren verkopen. In een dorpje zien we hoe juist een schaap geslacht wordt, achter een klein restaurant. In het iets grotere bergdorp Bab-Barred rijden we door dichte mist over een modderweg dwars door het centrum. Het lijkt wel buitenaards. In de grijze mist rijden we tussen grauwe mannen met puntmutsen aan hun kaftans, veel dieren, een chaos van busjes en auto’s en ondertussen ontwijken we de vele potholes.

AMDAK08_0144 AMDAK08_0147

Meer dan 90 procent van de auto’s in deze bergen zijn Mercedessen van het jaren-70 type en honderden Renaults 12 en 18. Ook alle oude Mercedes 508 bussen die ooit in Europa reden, rijden nu met 40 km per uur door het Rif gebergte, met veel te veel mensen er in en stoppend op alle plaatsen waar iemand z’n hand uitsteekt.

Alleen de laatste 80 kilometer van de route is relatief vlak en we kunnen hier lekker doorrijden. Als we in de verte Fes zien liggen begint het al te schemeren. Eenmaal in Fes zijn we snel de route bijster. Hier staan maar weinig borden en de Garmin kent lang niet alle straten van de grote Koningsstad. Emile rijdt en hij vindt de drukte fantastisch. Remco moet er nog even aan wennen, vooral na het feit dat we al ruimschoots rekening hadden gehouden met uitvallen. We rijden een paar keer helemaal fout, maar vinden op een gegeven moment onze weg met behulp van de plattegrond in de Lonely Planet. Het Ibis Hotel blijkt middenin de (nieuwe) stad te liggen, op een heel druk plein. We kunnen op de stoep parkeren, tussen enkele bijna nieuwe Franse en Duitse 4×4’s. De auto wordt ‘klem’ geparkeerd en er is de hele nacht een securityguard op het parkeerterrein (op het drukke stadsplein dus). De kamers in het Ibis zijn… nou ja… Ibis. Precies hetzelfde dus als bij het Ibis in Amsterdam of waar dan ook ter wereld. Eigenlijk wel prima na een dag cultuurshock.

We gaan eten bij Restaurant Marrakech, een kilometer lopen van het Ibis. Het regent pijpestelen, maar we lopen lekker door de chaotische, maar moderne stad. Hier wordt het traditionele Marokko afgewisseld met moderne winkels en mooie boulevards. Ook de mensen zijn een interessante mengelmoes tussen traditioneel (geklede) en Europees uitziende Marokkanen. Het restaurant ziet er erg mooi uit. Het menu bevat een (erg) kleine selectie van traditioneel Marokkaanse gerechten. We eten soep, couscous en tajine de poulet aux pruneaux. We drinken er een pot Marokkaanse zoete muntthee bij. De rekening is 275 Dirham (25 Euro). Vervolgens lopen we terug naar het hotel om de foto’s van het toestel te laden en de website bij te werken. Een half uurtje internet kost 60 Dirham. Schandalig duur, maar de investering wel waard, anders konden jullie dit niet live lezen. Op de TV volg ik ondertussen de specials van CNN en BBC over de verkiezingen in de VS (niet echt een onderwerp op straat hier in Fes, iedereen kijkt in de cafe’s op TV naar voetbal).

AMDAK08_0177 AMDAK08_0169

We rijden om 10:45 de grens over en komen uiteindelijk rond 19:00 uur aan bij het Ibis Hotel in Fes. Het lijkt in het roadbook niet veel, slechts 290 kilometer. Het is via onze route echter iets verder en je hebt deze tijd echt wel nodig. Maar er is onderweg zo vreselijk veel te zien dat het geen seconde verveelt.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *